De post-individualistische kerk (34)
Dit bericht is 1140 keer gelezen!
Jouw melodie (1) (Ik heb dus een tweede blogje nodig hiervoor. Ik zal ze tegelijkertijd publiceren.)
Als we het beeld van de bourdon en de chanter (blog 33) nog even vasthouden kunnen we een volgende stap zetten op onze weg naar ontdekken van zin. Het lijkt zo te zijn dat naastenliefde de grondtoon, de basis, de essentie is van zingeving als je het aan Jezus vraagt. Toch zullen we uitgaande van die grondtoon niet allemaal hetzelfde doen. Wat wij doen is namelijk van heel veel factoren afhankelijk. Bijvoorbeeld je eigen mogelijkheden, de situatie waarin je je bevindt, je eigen afweging van goed en kwaad of de afweging die jouw naaste maakt van goed en kwaad. Dan mag de grondtoon naastenliefde zijn, onze woorden en daden binnen die naastenliefde kunnen oneindig verschillen. Die verschillen kunnen zelfs zo groot zijn dat ze elkaars absolute tegenover lijken. En nu passeren we een lastig punt: Is er een objectieve maat aan de hand waarvan we kunnen vaststellen wat uit naastenliefde is gedaan en wat niet?
Het antwoord is: Nee!
Dit antwoord kan uiteraard allerlei reacties en gedachten oproepen. Het eerste punt dat ik als onderbouwing van mijn radicale “nee” wil geven is de principiële ongebondenheid van de liefde zelf. Zoals je al eerder hebt kunnen lezen geloof ik dat de bijbel suggereert dat de liefde een zelfstandigheid kent. God is liefde en de liefde leidt een eigen leven. Liefde is een stroom, een substantie bijna, zij het niet door ons te meten of te bevatten. De liefde gedraagt zich in de bijbel niet zelden als persoon met een eigen wil en koers. Spreek je over God dan zou je het kunnen duiden als personificatie. De liefde bestaat buiten jouw en mijn keuzes en handelen om. De grondtoon is er altijd, ook al speel jij geen melodie op die grondtoon. Die grondtoon is niet definieerbeer, niet in te kaderen, kent geen maat en geen grens, is ongrijpbaar. Die grondtoon zit in het kleinste detail en in de grootste systemen. Die grondtoon kan in elke daad, in elk woord en in elk zwijgen zitten. Die grondtoon is volgens Jezus waarneembaar als een mens zichzelf aan zijn naaste geeft en de ultieme liefde is daar te zien waar iemand zijn leven geeft voor een geliefde. Maar daar bestaat dus geen objectieve norm voor aan de hand waarvan je kunt bepalen wat wel of niet uit liefde is, wat wel of niet goed is. Ik zal een nogal radicaal voorbeeld geven.
Denk eens aan een voor de Nederlandse wet bewezen topcrimineel. Fraude, moord, geweld, afpersing. Het staat allemaal bewezen op zijn of haar naam. Iemand kan zijn leven geven voor die topcrimineel. De reden waarom iemand dat doet hoeft niet per se liefde te zijn. Het kan ook angst zijn. Hij kan afgeperst worden, zijn familie kan bedreigd worden of hij wordt zelf bedreigd met marteling. Dan geef je je leven niet uit liefde, maar ben je een soort kanonnenvlees. Je zou ook kunnen zeggen dat je dan je leven niet “geeft” maar dat het je wordt ontnomen. Aan de buitenkant is er echter niet veel verschil waar te nemen, behalve wellicht de uitdrukking op het gezicht. Maar de topcrimineel kan ook een geliefde zijn voor wie iemand zijn leven geeft. Het kan in het Nederlands recht niet, maar iemand zou voor de topcrimineel de gevangenisstraf kunnen willen uitzitten. Het is bijvoorbeeld niet denkbaar dat Jezus zijn leven niet voor een topcrimineel zou geven enkel om reden van het feit dat hij een topcrimineel is. De moordenaar aan het kruis kan daarover meepraten. Jezus gaf zijn leven ook voor hem in het liefdesgericht van God. Maar is het dan goed of kwaad, uit liefde of niet? Jezus zal zeggen dat het uit liefde is dat hij zijn leven voor jou geeft. Maar het is alleen maar uit liefde omdat Jezus dat zegt. Er is geen hogere norm voor, geen andere objectiviteit dan alleen het woord van hem die zijn leven geeft. Wij kunnen niet aantonen dat Jezus dat werkelijk uit liefde deed, want er is geen regel om dat oordeel aan te toetsen.
Nu zijn er die zeggen dat Jezus toch de zoon van God is en dat hij daarom alle recht van spreken heeft. Daar kan ik niets aan toe of af doen. Maar ik zie niet in waarom dan een ander niet ook kan bepalen of hij iets uit naastenliefde doet of niet. Wellicht zijn wij mensen niet zo loepzuiver in het onderscheiden van wat wel of niet uit naastenliefde is. Paulus zou zeggen dat wij nog “door een spiegel in raadsels kijen”. Maar dat neemt niet weg dat er geen objectieve maat is aan de hand waarvan wij dat voor onszelf of de ander zouden kunnen bepalen. Ook de bijbel is niet zo’n objectieve maat. Een bijbellezer kan zich door de bijbel laten inspireren, maar zodra hij er een objectief wetboek van maakt wordt de bijbel zelf bij de eerste uitzondering ontkracht. En dan gooi je dus het kind met het badwater weg. Dus is er voor liefde als in “je leven geven aan of voor de ander” geen objectieve beoordeling. Jij kunt en mag dat doen en zo de zin van jouw leven vinden en niemand heeft het recht te zeggen dat jouw geven niet uit liefde is of was. Het is jouw melodie op de grondtoon van de liefde.
(wordt vervolgd)
Geef een reactie