De bergrede (4) – Dwaas!
Dit bericht is 2824 keer gelezen!
Wie leeft nu niet met oordelen? Wij onderscheiden steeds, kiezen steeds tussen goed en kwaad, vinden de dingen en gebeurtenissen ook goed of kwaad of een beetje van beiden. Wij kunnen eigenlijk niet anders denken dan in termen van goed en kwaad. En daarom is wat iemand zegt of doet ook wijs of dwaas. Zo zoeken wij onze weg door het leven. Wat is daar mis mee? Wat is daar dwaas aan?
Jezus zet ons op scherp door te zeggen dat als wij een ander een dwaas noemen wij in het hellevuur terecht zullen komen. Hoe je verder ook over de hel denkt, het is duidelijk dat Jezus bedoelt dat we dan wel heel erg van God los zijn. Het is ook duidelijk, dat God zelf zich met ons zal bemoeien als wij onze naaste een dwaas noemen. Je zou dat misschien wat passend kunnen maken door je te realiseren dat we geloven en belijden dat God ieder mens heeft gemaakt. God vergist zich niet, dus een werkstuk van God dwaas noemen is eigenlijk hetzelfde als God dwaas noemen. En je voelt dan wel waar de schoen gaat wringen. Uiteraard zijn er mensen, die er niet voor terugdeinzen om God dwaas te noemen, maar dan is het ook duidelijk dat die mensen van God los zijn. Zeg ik nu dat die mensen “dwaas” zijn?? … Het cirkeltje is rond. En, nee, dat zeg ik niet. Sterker nog, ik heb ook helemaal niet de behoefte om die mensen dwaas te noemen. Waarom niet? Omdat ik graag naar ze wil luisteren om te horen wat ze zeggen en wat ze precies bedoelen.
Is dat dan ook de insteek van het woord van Jezus? Bedoelt Hij dat we niet op de stoel van de rechter over de medemens moeten gaan zitten? Dat is dan gezien onze wereldoriëntatie wel een heel zware opdracht. Zoals hierboven gezegd categoriseren we allemaal. Het lijkt er zelfs op dat we helemaal niet zonder categoriseren kunnen bestaan. Maar stel je nu eens voor, dat we dat niet meer hoeven. Stel je nu eens voor dat we vrede zouden zoeken met alle mensen, barmhartig zouden zijn voor alle mensen, geduldig zouden zijn met alle mensen. Dan zouden we in ieder geval bij de categorie gaan horen, die Jezus aan het begin van de bergrede gelukkig heeft genoemd. Maar tegelijk overvalt ons de onmogelijkheid van deze woorden. Wij catergoriseren nu eenmaal.
Tenzij onze neiging tot categoriseren uitgroeit tot een onbegrensde nieuwsgierigheid. Nieuwsgierig naar de ander omdat de ander ook een schepsel van God is. Dat is mogelijk omdat je geen oordeel hoeft te vellen over de ander. Het wordt je dus als het ware gemakkelijk gemaakt om met de ander op te trekken zonder de vooringenomenheid van een te vellen oordeel. Maar wat ik nu schrijf is toch volstrekt onmogelijk? Studeerkamerwijsheid! Los van elke realiteit! Tja, dat zou ik ook denken ware het niet dat Jezus ons die kant op wijst. Al zeg je maar dat jouw medemens dwaas is dan kom je al in de hel (hoe je dar verder ook over denkt).
Eén ding is nu wel duidelijk, dat Jezus ons geen loden ethische last oplegt. Sterker nog: Hij ontneemt ons een last, namelijk de last van het oordelen. Wij lopen echter wel tegen een dikke muur op. Hoe zullen wij ons leven inrichten als er geen oordeel in onze woorden en daden zit? Ik geloof dat God daar zelf een antwoord op heeft gegeven door ons Zijn Geest te geven. Ik geloof daarbij dat in dit licht ook al die andere woorden zijn te begrijpen die onze wereld zo op zijn kop zetten. Woorden over de minste zijn en dienaar van allen. Woorden over vergeven en de ander voor laten gaan. Maar laat ik niet te hard lopen, er komen nog meer blogs.
(wordt vervolgd)
Geef een reactie