De post-individualistische gemeenschap (52)
De God van de bijbel
We komen nu op zeer glad ijs. Ik ga namelijk het geloof in de God van de bijbel benaderen vanuit een individualistisch denkpatroon. Velen haken hier af. Voor hen is de God van de bijbel de Enige. Hij openbaart zich en wordt niet door mensen verzonnen. Het geloof in Hem is een gave van God zelf en je kunt Hem als mens niet op de ontleedtafel van het menselijk verstand leggen. Hoezeer ik het daar ook mee eens ben, ik heb mezelf als taak gesteld om vanuit het individualisme te denken en zoeken. Daarbij vind ik het van belang om de vragen niet te beantwoorden met een “dat moet je gewoon geloven”-antwoord. Want daarmee ontsla je jezelf niet van de vraag. Dan wordt namelijk de vraag: Hoe kom je er bij tegen de ander te zeggen dat hij dat “gewoon moet geloven” terwijl je tegelijkertijd zegt dat dat geloof een gave van God is? En de individualist weet zichzelf en zijn eigen gedachten autonoom te zijn. Willen we dus als individualisten over God denken en wellicht in God geloven dan zullen we op een ander punt moeten beginnen dan bij de openbaring. En daar is niets mis mee, want zelfs de bijbel roept ons op om alle dingen te onderzoeken. De God van de bijbel raakt niet van zijn stuk als wij gaan onderzoeken. Dat zou trouwens ook het einde zijn, want dan zou ons onderzoeken hoger zijn dan God en dat maakt ons tot God. En bedenk je dat een individualist zich niet laat overtuigen door een collectief aangenomen stelling aangaande openbaring. Ik zal hier niet alle tegenargumenten van de individualist gaan noemen, want ik wil graag verder op het pad waar ik liep.