Open brief aan de (synode)leden van de Christelijke Gereformeerde Kerken
Zusters en broeders in Christus,
In het voorjaar van 2021 heb ik de classis Amsterdam van de CGK gevraagd om mij te ontheffen van mijn ambtsbelofte, die ik op mij nam in het najaar van 1985. In mijn uitleg van die ambtsbelofte heb ik mij vijfendertig jaar lang geschaard bij die zusters en broeders die de krappe, juridische uitleg van die belofte voorstonden. In de ambtsbelofte beloofde ik namelijk dat ik mij zou houden aan de kerkorde en de verdere besluiten van de generale synode. En na 2016, het jaar dat de synode in meerderheid besloot het besluit uit 2013 rond homoseksualiteit niet te herzien, kon ik dat niet meer. Ik heb enige tijd genomen om de uitvoering van mijn vertrek voor te bereiden zodat ik zeker zou weten dat geen gemeente, collega of kerkelijke vergadering door mijn besluit in problemen zou komen. En in 2021 onthief de classis Amsterdam mij van die belofte. Dat was voor mij geen opluchting, maar een stap in een ontwikkeling van jaren. Uit die ontwikkeling wil ik graag wat delen in dit voor de CGK belangrijke synodejaar.