De post-individualistische kerk (25)
Dit bericht is 930 keer gelezen!
Geloof alleen!
Het wordt tijd om stil te staan bij de vraag wat ons nu eigenlijk drijft om de naastenliefde als zin van ons bestaan aan te nemen? Het antwoord begint bij een ontkenning. Al het andere dat je als zin van jouw bestaan kunt definiëren verliest zijn zin en waarde voor jou bij je laatste adem. We sterven allemaal op een dag en vraag je eens af wat er op aarde en van jouw aardse tijd voor jou of van jou overblijft als jouw adem stopt. (Voor de goede orde: Ik vraag niet of je gelooft in een hiernamaals.) Je zult steeds terugkomen op je naaste. Als er op aarde iets van of voor jou overblijft zul je dat vinden in jouw naaste. Jouw geld wordt verdeeld onder de mensen. Jouw roem en eer zullen blijven bestaan op die punten waar jij je naaste in zingeving hebt kunnen dienen. Jouw naam zal nog met waardering genoemd worden op die punten waar men zich jouw liefde voor je naaste herinnert. Maar wat mensen later met hun ervaring van jou doen heb jij bij leven niet in de hand. Je hebt geen flauw idee wat men in jouw lijkrede zal zeggen over jouw aardse bestaan. Zelfs dingen die jij als heel positief hebt ervaren kunnen als eigenwijs en eigen gerijd worden gememoreerd. Dus wat drijft jou in jouw aardse tijd?
Het enige antwoord dat je op die vraag kunt geven begint met “Ik geloof ….”. Jouw diepste drijfveer is jouw geloof. En geloof is bij uitstek iets wat je voor waar aan kunt nemen, maar niet kunt bewijzen. Als ieder antwoord op de vraag naar zin begint met de woorden “ik geloof” wordt deze hele blogserie inhoudsvol. Waar Jezus zegt dat naastenliefde de ultieme en enige zin van jouw aardse bestaan is begint jouw antwoord noodzakelijk met “ik geloof”. Zelfs als je antwoordt met “ik geloof dat of hem niet”. Ook dat is geloof. En bij dat antwoord kan aan jou worden gevraagd wat of wie je dan wel gelooft en begint het hele verhaal opnieuw. Als we de weg dan weer aflopen ben ik ervan overtuigd dat je uit zult komen bij jouw grafrede om te zien of waar jij in geloofde ook werkelijk zin heeft opgeleverd.
Geloven in naastenliefde vraagt om een keuze, een richtingsverandering, een omkeer. Omkeer van mijn “ik” naar de ander. En ik ben zo eigenwijs te denken dat ik er redelijk in slaag om de relevantie van die omkeer aannemelijk en wenselijk te maken. Anders gezegd: Wat Jezus zegt snijdt hout en daar is tot op heden weinig tegenin te brengen. Maar wat Hij zegt stelt jou en mij ook voor een keuze: Schakel ik over van eigenbelang naar naastenliefde? En we zijn al zo ver gekomen dat je deze vraag ook uit eigenbelang kunt beantwoorden maar dat dat niet de ultieme zingeving kan zijn. Er is dus omkeer nodig van een soort aangeboren ik-gerichtheid naar gerichtheid op de naaste zonder van het eigenbelang het hoofddoel te maken. Waar onze individualistische inslag een snelweg lijkt te zijn naar egoïsme en consumentisme kan het dus ook een open deur zijn naar naastenliefde. Die weg is aanzienlijk smaller dan die weg naar consumeren. Je moet de weg echt zoeken en dat vraagt een bewuste omkeer, omdat de neiging om te gaan consumeren aangeboren en dus volstrekt gerechtvaardigd lijkt te zijn.
Maar hoe zet je die stap? Hoe keer je je om? Ik kan niet dichterbij het antwoord op de vraag komen dan door te zeggen: Gewoon doen.
(wordt vervolgd)
Geef een reactie